Nederlands Italiaans
Hallo Salve / Ciao
Goedendag Buongiorno
Goedenavond Buonasera
Tot ziens Arrivederci
Waar kom je vandaan? / Waar komt u vandaan? Di dove sei? Di che nazionalità sei?
Ik begrijp het niet Non ho capito
Kunt u (in dit boekje) vinden wat u wilt zeggen? Het bevat veel talen. We kunnen op deze manier proberen om met elkaar te communiceren. Riesci a trovare quello che vuoi dire in questo frasario? Ci sono diverse lingue. Possiamo provare a comunicare in questo modo.
Hoe gaat het met u? Come sta?
Hoe gaat het met je? Come stai?
Ik haal iemand die kan helpen. Cerco subito qualcuno che può essere d'aiuto
Wacht u alstublieft hier. Aspetta qui per favore
Ik kom zo terug. Tornerò
Ik wil je/u helpen. Voglio aiutarti
U/Je kunt mij vertrouwen. Puoi fidarti di me
Ik wacht samen met u, geen zorgen. Aspetterò qui con te, non ti preoccupare
Er komt iemand die u kan helpen. Qualcuno verrà ad aiutarti
Deze persoon kan u helpen. Questa persona può aiutarti
We moeten gewoon even wachten. Dobbiamo solo aspettare un po'
U bent heel dapper/moedig. Sei molto coraggioso/a
U bent geweldig. Sei fantastico/a